De bedoeling is om:
– over een lengte van ongeveer 20 meter in rechte lijn achteruit te rijden;
– achteruitrijdend nagenoeg evenwijdig aan de rijbaankant te blijven.
Wijze van uitvoeren:
– stoppen op voldoende afstand (+/- 30cm) van de rechterzijde van de rijbaan;
– bij het tot stilstand komen staan de wielen weer in de rechtuit stand;
– indien gewenst mag het bovenlichaam dusdanig gedraaid worden, dat de rechterhand het stuur niet meer vast heeft. Een andere meest voorkomende manier is, achteruit rijden door gebruikte maken van je buitenspiegels en binnenspiegel. Voordeel hiervan is, dat je de normale stuur-en zithouding ka toepassen. Het is ook gemakkelijker om het ruimtekussen te blijven observeren;
– met lage snelheid achteruit rijden;
– door middel van kleine stuurbewegingen nagenoeg evenwijdig aan de rijbaankant rijden;
– stoppen na ongeveer 20 meter achteruit gereden te hebben (tijdens de les wordt dit aangegeven door de instructeur en tijdens het examen door de examinator);
– weer vooruit wegrijden.
Voor en tijdens het recht achteruit rijden goed opletten. Houdt het overige verkeer goed in de gaten, dus rondom de auto kijken en achter de auto.